
Mocht je nog op zoek zijn naar een weergaloze snack voor tijdens de feestdagen, zoek niet verder. Deze pittige bamischijf met gochujang en miso is totaal over de top next level en gaat heel goed met champagne. Begin wel op tijd. De noedels moeten helemaal afkoelen om op te stijven zodat je er schijven van kunt snijden. Het beste maak je de noedels een dag van tevoren en frituur je ze de dag erna.
Het idee voor deze bamischijf is ontstaan toen ik deze pittige noedels met aubergine had gemaakt en het restje in de koelkast zette. De volgende dag was de saus zo perfect in de noedels getrokken en waren ze door de opgesteven boter zo compact dat het haast gemaakt leek om te panerenen te frituren. Ik heb het restje toen koud opgegeten, maar het idee liet me niet los dus ik ben met het recept aan haal gegaan en het resultaat is niks minder dan verbluffend.
Ik heb het originele recept iets aangepast. Ik heb de aubergine eruit gelaten, maar basilicum toegevoegd voor een beetje frisheid. Verder is dit namelijk een vrij machtige snack. Ook gebruik ik ronde, dunne rijstnoedels (zie foto in recept) in plaats van platte dikke, die houden beter vorm. Als je die niet kunt vinden, gebruik dan ronde tarwenoedels of spaghetti. Confession: ik heb nog nooit een bamischijf van de snackbar gegeten, ik ben nou eenmaal een krokettenmeid. Toch durf ik te beweren dat deze nóg lekkerder is.
Noedeltip: Kook de noedels iets langer dan je normaal zou doen, niet al dente dus. Als ze afkoelen, stijven ze weer iets op en worden ze harder. Dat is niet lekker.
No waste-tip: 1. Als je niet weet wat je met de rest van de panko moet doen: bak het op in wat boter en knoflook voor een crispy topping op noedels of pasta. 2. De steeltjes van de basilicum kun je pureren (eventueel met blaadjes als je die ook overhebt) met wat olijfolie, knoflook en zout en op een cracker of boterham met kaas smeren. 3. Als je nog rijstnoedels overhebt, maak dan deze rijstnoedels met snelle, spicy bouillon.
INGREDIËNTEN (4 - 6 bamischijven) 300 gram dunne ronde rijstnoedels (geen glasnoedels!! zie foto) 3 tenen knoflook, gepeld
3 cm gember
30 g basilicum
neutrale olie om in te frituren
1 eetl. tomatenpuree
2 eetl. gochujang
1 eetl. miso
2 eetl. roomboter
tarwebloem om in te paneren
2 eieren, geklutst
panko om in te paneren
BEREIDINGSWIJZE
Kook de noedels zoals aangegeven op de verpakking. Let goed op: het kan zijn dat je de noedels eerst in water moet weken. Daardoor kan het dus iets langer duren. Zorg dat de noedels echt gaar zijn en niet al dente (zie tip).
Hak de knoflook en gember fijn.
Pluk de blaadjes van de basilicum en zet apart.
Verhit 1 tot 2 eetlepels neutrale olie in een wok en fruit de knoflook en gember in 1 tot 2 minuten geurig en zacht.
Voeg de tomatenpuree toe en bak 1 minuut.
Voeg de gochujang en miso toe en roer tot alles goed is gemengd.
Voeg 100 milliliter water toe zodat de saus iets dunner wordt.
Voeg de noedels toe, meng goed en laat 1 minuut zachtjes pruttelen zodat de saus een beetje in de noedels trekt. Als het geheel te droog wordt, voeg dan nog een klein beetje water toe.
Zet het vuur uit en voeg de basilicumblaadjes toe. Meng tot de blaadjes zijn geslonken.
Doe de noedels in een met plastic folie bedekte ovenschaal en laat een nacht afkoelen in de koelkast. De noedels moeten wel strak in de schaal zitten. Als je geen ovenschaal hebt die daar klein genoeg voor is, kun je het folie ook kleiner opvouwen dan de schaal is (zie foto).
Zet 3 diepe borden of mengkommen neer met in elk apart de bloem, de panko en de geklutste eieren.
Verhit genoeg olie in een wok of (frituur)pan tot 180 °C.
Haal de noedels uit de koelkast, verwijder het folie en snijd de noedels in 4 tot 6 blokken. Afhankelijk van de vorm van de schaal en hoe groot je de bamischijven wil hebben.
Haal elk blok eerst voorzichtig door de bloem. Zorg dat echt overal bloem zit en kijk uit dat de noedels niet los komen.
Haal de noedels door het ei en vervolgens door de panko, zodat er aan alle kanten panko zit. Herhaal met de rest van de ingrediënten.
Frituur de bamischijven 2 minuten per kant (of 3 minuten totaal als je een frituurpan gebruikt en je de bamischijf niet omdraait). Doe dit per 2 of 3, zodat er niet te veel in de pan zitten.
Laat de bamischijven een paar minuten uitlekken en afkoelen op een bakrooster voordat je aanvalt.
Comments