Als het warm is, heb ik nooit zin om te koken en al helemaal niet om warme dingen te eten. De laatste weken eet ik dus alleen nog maar bonen met vinaigrette en salades. Misschien een stukje brood erbij. Bonen, pasta of noedels koken telt niet als koken want die hoef je alleen maar in een pan te doen en dan mag je zelf weglopen. In China worden koude noedels vaak gegeten met sesamsaus en chili-olie. Pindakaas is iets smeuïger en er is een grotere kans dat je het in huis hebt. Je mag deze noedels natuurlijk ook met Chinese sesampasta of tahin maken.
Misschien wel het fijnste van dit gerecht vind ik dat je de noedels al overdag kan koken. Dan hoef je namelijk 's avonds helemaal niets meer de verwarmen. De saus is enkel een kwestie van roeren. Ik laat de noedels afkoelen op kamertemperatuur, met een klein scheutje olie zodat ze niet plakken. Een tip die ik las in het boek van J. Kenji López-Alt. Afspoelen onder de koude kraan kan ook, maar je spoelt dan de buitenste laag zetmeel eraf waardoor de saus minder goed aan de noedel plakt. Daarnaast kunnen je noedels wat wateriger worden. Als je haast hebt, mag je natuurlijk gewoon afspoelen.
Ik had nog vijfkruidenkruim van cashewnoten over van dit fantastische auberginerecept van Win Son. Je kunt het recept volgen, maar eigenlijk maken de verhoudingen niet zo veel uit. In principe moet je gewoon cashewnoten vermalen samen met zout, vijfkruidenpoeder en cayenne. Ik had die van mij dit keer best pittig gemaakt, dat is lekker. Als je het kruim niet zoals ik over had, kun je het ook met pinda's maken. Dit zijn ten slotte pindanoedels. Als je geen zin hebt om het te maken, kun je ook geroosterd sesamzaad over de noedels strooien.
Noedeltip: Ik blijf het nog steeds lastig vinden om goede noedels in Nederland te vinden. Ik heb deze noedels in Singapore gekocht, maar als je hier noedels koopt ga dan voor hele dunne. Ik heb ooit soortgelijke koude noedels gemaakt met Japanse somen. Blijf er wel goed bij staan en proeven, zulke dunnerds kunnen snel te gaar worden. Als je liever iets dikkere noedels hebt, ga dan voor verse noedels uit het koelvak. Ronde rijstnoedels zouden ook lekker zijn.
No waste-tip: De pindasaus is als je hem aanlengt met wat water ook lekker als saladedressing of saus over groente.
INGREDIËNTEN (2 personen)
200 gram tarwenoedels (zie tip)
scheutje sesamolie of neutrale olie
2 eetl. pindakaas (Calvé of iets goedkoops, niet van die stroeve bio)
2 eetl. lichte sojasaus
1 eetl. zwarte azijn
1 eetl. sesamolie
1 theel. kristalsuiker
snuf zout
snuf msg (optioneel)
1 bosui
2 eetl. chili-olie (het liefst zelfgemaakt)
4 eetl. vijfkruidenkruim (van dit recept) of geroosterd sesamzaad
BEREIDINGSWIJZE
Breng een grote pan met ruim gezouten water aan de kook en kook hierin de noedels zoals aangegeven op de verpakking.
Giet de noedels af, meng met een klein beetje olie en spreid uit over een grote bakplaat (zie foto). Laat op kamertemperatuur helemaal afkoelen. Als je haast hebt, mag je de noedels ook best afspoelen onder de koude kraan hoor.
3. Meng de pindakaas, sojasaus, zwarte azijn, sesamolie en suiker met een garde. Voeg een paar eetlepels water toe tot je de juiste substantie hebt. Ik gebruikte 2 eetlepels, maar het kan zijn dat jij meer of minder nodig hebt. De saus moet redelijk vloeibaar zijn.Snijd de bosui in dunne ringen.
4. Verdeel de saus over 2 kommen en smeer de saus een beetje omhoog langs de zijkanten van de kom. Dat ziet er mooi uit zometeen.
5. Verdeel de noedels over de kommen en maak af met de chili-olie, het vijfkruidenkruim of de sesamzaadjes en de bosui.
6. Serveer en schep zelf om net voordat je het gaat eten.
Comments